Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. een strijd houden:


Dutch

Detailed Translations for een strijd houden from Dutch to Swedish

een strijd houden:

een strijd houden verb (houd een strijd, houdt een strijd, hield een strijd, hielden een strijd, een strijd gehouden)

  1. een strijd houden
    bråka; slåss
    • bråka verb (bråkar, bråkade, bråkat)
    • slåss verb (slåss igen, slogs igen, slagits)

Conjugations for een strijd houden:

o.t.t.
  1. houd een strijd
  2. houdt een strijd
  3. houdt een strijd
  4. houden een strijd
  5. houden een strijd
  6. houden een strijd
o.v.t.
  1. hield een strijd
  2. hield een strijd
  3. hield een strijd
  4. hielden een strijd
  5. hielden een strijd
  6. hielden een strijd
v.t.t.
  1. heb een strijd gehouden
  2. hebt een strijd gehouden
  3. heeft een strijd gehouden
  4. hebben een strijd gehouden
  5. hebben een strijd gehouden
  6. hebben een strijd gehouden
v.v.t.
  1. had een strijd gehouden
  2. had een strijd gehouden
  3. had een strijd gehouden
  4. hadden een strijd gehouden
  5. hadden een strijd gehouden
  6. hadden een strijd gehouden
o.t.t.t.
  1. zal een strijd houden
  2. zult een strijd houden
  3. zal een strijd houden
  4. zullen een strijd houden
  5. zullen een strijd houden
  6. zullen een strijd houden
o.v.t.t.
  1. zou een strijd houden
  2. zou een strijd houden
  3. zou een strijd houden
  4. zouden een strijd houden
  5. zouden een strijd houden
  6. zouden een strijd houden
diversen
  1. houd een strijd!
  2. houdt een strijd!
  3. een strijd gehouden
  4. een strijd houdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for een strijd houden:

VerbRelated TranslationsOther Translations
bråka een strijd houden
slåss een strijd houden bakkeleien; duelleren; frezen; kampen; kleine gevechten leveren; knokken; matten; schermutselen; vechten

Related Translations for een strijd houden