Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. storneren:


Dutch

Detailed Translations for storneren from Dutch to Swedish

storneren:

storneren verb (storneer, storneert, storneerde, storneerden, gestorneerd)

  1. storneren (terugboeken)
    justera ett konto
    • justera ett konto verb (justerar ett konto, justerade ett konto, justerat ett konto)

Conjugations for storneren:

o.t.t.
  1. storneer
  2. storneert
  3. storneert
  4. storneren
  5. storneren
  6. storneren
o.v.t.
  1. storneerde
  2. storneerde
  3. storneerde
  4. storneerden
  5. storneerden
  6. storneerden
v.t.t.
  1. heb gestorneerd
  2. hebt gestorneerd
  3. heeft gestorneerd
  4. hebben gestorneerd
  5. hebben gestorneerd
  6. hebben gestorneerd
v.v.t.
  1. had gestorneerd
  2. had gestorneerd
  3. had gestorneerd
  4. hadden gestorneerd
  5. hadden gestorneerd
  6. hadden gestorneerd
o.t.t.t.
  1. zal storneren
  2. zult storneren
  3. zal storneren
  4. zullen storneren
  5. zullen storneren
  6. zullen storneren
o.v.t.t.
  1. zou storneren
  2. zou storneren
  3. zou storneren
  4. zouden storneren
  5. zouden storneren
  6. zouden storneren
en verder
  1. ben gestorneerd
  2. bent gestorneerd
  3. is gestorneerd
  4. zijn gestorneerd
  5. zijn gestorneerd
  6. zijn gestorneerd
diversen
  1. storneer!
  2. storneert!
  3. gestorneerd
  4. stornerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for storneren:

VerbRelated TranslationsOther Translations
justera ett konto storneren; terugboeken