Summary
Dutch to Swedish:   more detail...
  1. vertinnen:


Dutch

Detailed Translations for vertinnen from Dutch to Swedish

vertinnen:

vertinnen verb (vertin, vertint, vertinde, vertinden, vertind)

  1. vertinnen
    konservera; förtenna
    • konservera verb (konserverar, konserverade, konserverat)
    • förtenna verb (förtennar, förtennade, förtennat)

Conjugations for vertinnen:

o.t.t.
  1. vertin
  2. vertint
  3. vertint
  4. vertinnen
  5. vertinnen
  6. vertinnen
o.v.t.
  1. vertinde
  2. vertinde
  3. vertinde
  4. vertinden
  5. vertinden
  6. vertinden
v.t.t.
  1. heb vertind
  2. hebt vertind
  3. heeft vertind
  4. hebben vertind
  5. hebben vertind
  6. hebben vertind
v.v.t.
  1. had vertind
  2. had vertind
  3. had vertind
  4. hadden vertind
  5. hadden vertind
  6. hadden vertind
o.t.t.t.
  1. zal vertinnen
  2. zult vertinnen
  3. zal vertinnen
  4. zullen vertinnen
  5. zullen vertinnen
  6. zullen vertinnen
o.v.t.t.
  1. zou vertinnen
  2. zou vertinnen
  3. zou vertinnen
  4. zouden vertinnen
  5. zouden vertinnen
  6. zouden vertinnen
diversen
  1. vertin!
  2. vertint!
  3. vertind
  4. vertinnend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for vertinnen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
förtenna vertinnen
konservera vertinnen conserveren; in blik conserveren; inblikken; inleggen; inmaken; verduurzamen