Summary
French to Dutch:   more detail...
  1. faire marche arrière:
  2. Wiktionary:


French

Detailed Translations for faire marche arrière from French to Dutch

faire marche arrière:

faire marche arrière verb

  1. faire marche arrière
    terugkrabbelen
    • terugkrabbelen verb (krabbel terug, krabbelt terug, krabbelde terug, krabbelden terug, teruggekrabbeld)
  2. faire marche arrière (annuler; tourner en sens contraire; faire tourner dans le sens opposé)
    terugdraaien; terugschroeven
    • terugdraaien verb (draai terug, draait terug, draaide terug, draaiden terug, teruggedraaid)
    • terugschroeven verb (schroef terug, schroeft terug, schroefte terug, schroeften terug, teruggeschroeft)
  3. faire marche arrière (baisser le ton)
    bakzeil halen
    • bakzeil halen verb (haal bakzeil, haalt bakzeil, haalde bakzeil, haalden bakzeil, bakzeil gehaald)

Translation Matrix for faire marche arrière:

VerbRelated TranslationsOther Translations
bakzeil halen baisser le ton; faire marche arrière
terugdraaien annuler; faire marche arrière; faire tourner dans le sens opposé; tourner en sens contraire annuler; restaurer
terugkrabbelen faire marche arrière
terugschroeven annuler; faire marche arrière; faire tourner dans le sens opposé; tourner en sens contraire

Wiktionary Translations for faire marche arrière:


Cross Translation:
FromToVia
faire marche arrière achteruitrijden back up — To move a vehicle backwards

External Machine Translations:

Related Translations for faire marche arrière