Dutch

Detailed Translations for ondertrouwen from Dutch to English

ondertrouwen:

Conjugations for ondertrouwen:

o.t.t.
  1. ondertrouw
  2. ondertrouwt
  3. ondertrouwt
  4. ondertrouwen
  5. ondertrouwen
  6. ondertrouwen
o.v.t.
  1. ondertrouwde
  2. ondertrouwde
  3. ondertrouwde
  4. ondertrouwden
  5. ondertrouwden
  6. ondertrouwden
v.t.t.
  1. ben ondertrouwd
  2. bent ondertrouwd
  3. is ondertrouwd
  4. zijn ondertrouwd
  5. zijn ondertrouwd
  6. zijn ondertrouwd
v.v.t.
  1. was ondertrouwd
  2. was ondertrouwd
  3. was ondertrouwd
  4. waren ondertrouwd
  5. waren ondertrouwd
  6. waren ondertrouwd
o.t.t.t.
  1. zal ondertrouwen
  2. zult ondertrouwen
  3. zal ondertrouwen
  4. zullen ondertrouwen
  5. zullen ondertrouwen
  6. zullen ondertrouwen
o.v.t.t.
  1. zou ondertrouwen
  2. zou ondertrouwen
  3. zou ondertrouwen
  4. zouden ondertrouwen
  5. zouden ondertrouwen
  6. zouden ondertrouwen
diversen
  1. ondertrouw!
  2. ondertrouwt!
  3. ondertrouwd
  4. ondertrouwend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for ondertrouwen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
give notice of one's intended marriage ondertrouwen; verloven
make public the notice of the intended marriage of ondertrouwen; verloven

Related Words for "ondertrouwen":


ondertrouwen form of ondertrouw:

ondertrouw [de ~ (m)] noun

  1. de ondertrouw
    the banns
    – a public announcement of a proposed marriage 1

Translation Matrix for ondertrouw:

NounRelated TranslationsOther Translations
banns ondertrouw
intended marriage ondertrouw
publication of the banns ondertrouw

Related Words for "ondertrouw":