Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. zwakkelingen:
  2. zwakkeling:
  3. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for zwakkelingen from Dutch to English

zwakkelingen:

zwakkelingen [de ~] noun, plural

  1. de zwakkelingen
    the weaklings; the spineless chaps

Translation Matrix for zwakkelingen:

NounRelated TranslationsOther Translations
spineless chaps zwakkelingen slapjanussen; slappelingen
weaklings zwakkelingen

Related Words for "zwakkelingen":


zwakkelingen form of zwakkeling:

zwakkeling [de ~ (m)] noun

  1. de zwakkeling
    the weakling; the spineless fellow; the spineless chap

Translation Matrix for zwakkeling:

NounRelated TranslationsOther Translations
spineless chap zwakkeling slapjanus; slappeling
spineless fellow zwakkeling slapjanus; slappeling
weakling zwakkeling

Related Words for "zwakkeling":


Wiktionary Translations for zwakkeling:

zwakkeling
noun
  1. person of weak or even sickly physical constitution
  2. -
  3. informal: a puny person

Cross Translation:
FromToVia
zwakkeling weakling gringalet — Homme faiblard

External Machine Translations: