Summary


Dutch

Detailed Translations for snoeper from Dutch to Spanish

snoeper:

snoeper [de ~ (m)] noun

  1. de snoeper (lekkerbek; gourmet; smulpaap; likkebaard; likkepot)
    la golosa; el goloso; el aficionado a la comida; el gastrónomo
  2. de snoeper (iemand die graag snoept)
    el goloso; el laminero; el mantecón

Translation Matrix for snoeper:

NounRelated TranslationsOther Translations
aficionado a la comida gourmet; lekkerbek; likkebaard; likkepot; smulpaap; snoeper
gastrónomo gourmet; lekkerbek; likkebaard; likkepot; smulpaap; snoeper fijnproever; gastronoom
golosa gourmet; lekkerbek; likkebaard; likkepot; smulpaap; snoeper
goloso gourmet; iemand die graag snoept; lekkerbek; likkebaard; likkepot; smulpaap; snoeper zoetekauw
laminero iemand die graag snoept; snoeper
mantecón iemand die graag snoept; snoeper
ModifierRelated TranslationsOther Translations
gastrónomo fijnproevend; gastronomisch

Related Words for "snoeper":