Summary
Dutch
Detailed Synonyms for dop in Dutch
dop:
-
de dop
-
de dop
-
de dop
Related Words for "dop":
dop form of doppen:
-
doppen
Conjugations for doppen:
o.t.t.
- dop
- dopt
- dopt
- doppen
- doppen
- doppen
o.v.t.
- dopte
- dopte
- dopte
- dopten
- dopten
- dopten
v.t.t.
- heb gedopt
- hebt gedopt
- heeft gedopt
- hebben gedopt
- hebben gedopt
- hebben gedopt
v.v.t.
- had gedopt
- had gedopt
- had gedopt
- hadden gedopt
- hadden gedopt
- hadden gedopt
o.t.t.t.
- zal doppen
- zult doppen
- zal doppen
- zullen doppen
- zullen doppen
- zullen doppen
o.v.t.t.
- zou doppen
- zou doppen
- zou doppen
- zouden doppen
- zouden doppen
- zouden doppen
diversen
- dop!
- dopt!
- gedopt
- doppend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze