Summary
Dutch Synonyms:   more detail...
  1. nachtbraken:


Dutch

Detailed Synonyms for nachtbraken in Dutch

nachtbraken:

nachtbraken verb (nachtbraak, nachtbraakt, nachtbraakte, nachtbraakten, nachtgebraakt)

  1. nachtbraken
    nachtbraken
    • nachtbraken verb (nachtbraak, nachtbraakt, nachtbraakte, nachtbraakten, nachtgebraakt)

Conjugations for nachtbraken:

o.t.t.
  1. nachtbraak
  2. nachtbraakt
  3. nachtbraakt
  4. nachtbraken
  5. nachtbraken
  6. nachtbraken
o.v.t.
  1. nachtbraakte
  2. nachtbraakte
  3. nachtbraakte
  4. nachtbraakten
  5. nachtbraakten
  6. nachtbraakten
v.t.t.
  1. heb nachtgebraakt
  2. hebt nachtgebraakt
  3. heeft nachtgebraakt
  4. hebben nachtgebraakt
  5. hebben nachtgebraakt
  6. hebben nachtgebraakt
v.v.t.
  1. had nachtgebraakt
  2. had nachtgebraakt
  3. had nachtgebraakt
  4. hadden nachtgebraakt
  5. hadden nachtgebraakt
  6. hadden nachtgebraakt
o.t.t.t.
  1. zal nachtbraken
  2. zult nachtbraken
  3. zal nachtbraken
  4. zullen nachtbraken
  5. zullen nachtbraken
  6. zullen nachtbraken
o.v.t.t.
  1. zou nachtbraken
  2. zou nachtbraken
  3. zou nachtbraken
  4. zouden nachtbraken
  5. zouden nachtbraken
  6. zouden nachtbraken
diversen
  1. nachtbraak!
  2. nachtbraakt!
  3. nachtgebraakt
  4. nachtbrakend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze